Wetenschappelijke naam: Stachys byzantina
Ezelsoor, ook wel Andoorn genoemd, blijft ‘s winters groen en bedekt daarmee de bodem. Deze plant is uitermate geschikt
om de tuin het hele jaar door groen te houden, vooral op warme
en droge plekken. De Ezelsoor heeft de naam verdiend aan de bladeren die zacht behaard en grijsgroen zijn, net als de oren v
an een ezel.
De Ezelsoor gedijt het best op een zonnige standplaats met een droge bodem en bloeit tussen juni en augustus. Met haar harige bladeren vereist deze plant weinig onderhoud en kan ze goed omgaan met extreme droogte.
Wetenschappelijke naam: Xylocopa violacea
Glanzende reus
Dit is de grootste bij van Nederland en is volledig glanzend zwart met een paarse gloed, ook de vleugels. Het is een spectaculaire soort om te zien.
Ondanks de grootte is deze bijensoort niet agressief en
steekt alleen in uiterste nood, en dan alleen de vrouwtjes,
want mannetjes hebben geen angel.
Deze soort kan enorme afstanden afleggen en is dan ook te
beschouwen als een 'trekbij' die vanuit het zuiden nieuwe
gebieden kan koloniseren. Door klimaatveranderingen zal
deze soort in de toekomst waarschijnlijk vaker aangetroffen worden.
Ook leuk voor deze bij
Vrouwtjes knagen zelf hun nestholten uit in dood hout. Dit mag droog, hard en vermolmd zijn, maar niet nat. Vooral hout dat
veelvuldig door de zon wordt beschenen heeft de voorkeur,
zoals gevonden wordt in oude boomgaarden. Nesten van de bij
zijn gevonden in dood en vast hout van bijvoorbeeld de lariks, pruim, kers en berk.
Wetenschappelijke naam: Anthidium manicatum
Grote vechter
De grote wolbij is een flinke bij met
een dik achterlijf met een opvallende
geel-zwarte tekening. Ze lijken een beetje
op een wesp, maar zijn dichter behaard
en hebben een meer gedrongen bouw. De Grote wolbij nestelt
in spleten tussen metselwerk, in bestaande holten in hout en leem, en in holle plantenstengels.
De mannetjes van grote wolbijen hebben een territorium dat ze fanatiek verdedigen, net zoals veel vogels dat doen. Meestal is dit territorium rond planten waar vrouwtjes voedsel zoeken, zodat ze met de vrouwtjes kunnen paren.
Ook leuk voor deze soort
De Grote wolbij nestelt graag in bijenhotels met gangen tussen de 6 en 10 mm. De nesten zijn gemakkelijk te herkennen: de
vrouwtjes van grote wolbij bekleden hun nestgang met
haarbolletjes van plantenharen van behaarde planten zoals
ezelsoor. Ze zijn daarbij kieskeurig, blijkbaar zijn niet alle haren geschikt. Ze nemen eerst proefhapjes van de haren om te
beoordelen of ze geschikt zijn voor hun nestbekleding. Als ze voldoende haren verzameld hebben maken ze er een
wattenpropje van dat ze tussen hun kaken klemmen.
Deel deze pagina op