Wetenschappelijke naam: Lythrum salicaria
De Grote kattenstaart maakt prachtige hoge roze bloemenaren. Deze plant bloeit laat in het jaar en is daarom een goede laatste voedselbron voordat bijen overwinteren. De bessen maken de plant ook aantrekkelijk voor vogels. De plant gedijt het best op zonnige tot half beschaduwde plekken en geeft de voorkeur aan een voedselrijke bodem. Grote kattenstaart kan goed tegen vochtige grond en gedijt daarom uitstekend langs de oever of vijverkant. Dit is een van de weinige plantensoorten met groen stuifmeel. Bijen die de kattenstaart hebben bezocht, zijn eenvoudig te herkennen aan de felgroene stuifmeelpakketjes aan hun lijf.
Wetenschappelijke naam: Macropis europaea
Een bij met sokken
Deze bij dankt de naam aan de wat dikkere achterpoten die doen denken aan slobkousen. Deze achterpoten hebben dikke haren die de bij gebruikt om het stuifmeel mee te vervoeren.
De slobkousbij maakt haar nest in de buurt
van een Grote wederik en haalt daar haar
stuifmeel. Dit is een mooie gele plant die ook
in oevers en natte graslanden kan voorkomen. Alleen bevatten deze planten geen nectar.
Daarvoor bezoeken de bijen dus andere
plantensoorten, zoals de Grote Kattenstaart.
Ook leuk voor deze soort
De Gewone slobkousbij is gespecialiseerd in het
leven rondom de Grote wederik, waar ze hun
stuifmeel halen en soms liggen slapen. Het helpt
dus om deze plant ook in de buurt te hebben.
Wetenschappelijke naam: Melitta nigricans
Kattenstaart is nodig
Zoals de naam suggereert is de Grote Kattenstaart een
belangrijke voedselplant voor de Kattenstaartdikpoot.
De vrouwtjes dragen het groene stuifmeel van de kattenstaart op de achterpootjes. Mannetjes slapen soms in grote groepen
bij elkaar op een grote kattenstaart.
De kattenstaartdikpoot heeft grote
aantallen bloemen nodig om voldoende
voedsel te vinden. Deze soort zal je
daarom alleen aantreffen in gebieden
waar meer kattenstaarten voorkomen.
Je tuin met kattenstaarten vormt dan een
welkome aanvulling op kattenstaarten
in de buurt.
Deel deze pagina op